top of page

De 5000ste transcriptie is een feit!

Gisterenmiddag, dinsdag 28 januari, was de 5000ste transcriptie een feit. Veel dank aan al onze vrijwilligers die nu al maanden ijverig de Brugse getuigenissen transcriberen! Het is dankzij hun harde werk dat we deze waardevolle bronnen op grote schaal kunnen toegankelijk maken voor historisch, taalkundig, criminologisch en sociologisch onderzoek.

Dat de conflicten, waarover de Brugse schepenbank (18de eeuw) en de correctionele rechtbank (19de eeuw) zich bogen, ook vandaag nog erg actueel zijn, blijkt uit het verhaal achter deze transcriptie.


Op zaterdag 22 maart 1890, omstreeks 14u, reed Henri Van Dyck, landbouwer uit Eernegem, met paard en koets op de steenweg tussen Sint-Andries en Varsenare. Hij werd op de voet gevolgd door Pieter Van Tyghem uit Jabbeke, voor wie het duidelijk niet snel genoeg ging. Bij een eerste poging om Van Dyck en zijn gezelschap voorbij te steken, schampten de wielen van beide rijtuigen tegen elkaar. De bijna-botsing verhinderde niet dat Van Tyghem het een tweede keer probeerde, waarbij hij zijn paard stevig van de zweep gaf. Ditmaal liep het wel mis. Bij het inhaalmanoeuvre sloeg Van Dycks paard op hol en brak de ketting waarmee het dier was ingespannen, waarop alle passagiers uit de koets vielen. Daarbij liepen Van Dyck en zijn moeder lichte verwondingen op. Meerdere getuigen beweerden achteraf dat Van Tyghems roekeloze rijgedrag te wijten was aan overdreven snelheid en het feit dat hij die dag veel te diep in het glaasje had gekeken. Later zocht hij één van de getuigen op en vroeg hem om een andere versie van de feiten op te dissen, maar die weigerde daarop in te gaan. Drinken en rijden, het was ook al in de 19de eeuw geen goede combinatie…

bottom of page